Dicksonia antarctica

Dicksonia antarctica, ook wel bekend als de Zachte boomvaren

Zonvereisten: De Dicksonia antarctica heeft gefilterd zonlicht of halfschaduw nodig. Vermijd direct zonlicht, dat de bladeren kan verbranden. De plant kan goed gedijen in een tuin met bomen of op een schaduwrijke plek.

Waterbehoefte: De plant heeft veel water nodig. Houd de grond constant vochtig, maar niet nat. Geef de plant in de zomer extra water, vooral tijdens warme en droge periodes.

Luchtvochtigheid: De Dicksonia antarctica prefereert een hoge luchtvochtigheid. Besproeien met water is aan te raden, vooral in droge periodes. Je kunt ook een luchtbevochtiger gebruiken om de luchtvochtigheid te verhogen.

Temperatuur: De ideale temperatuur ligt tussen 5°C en 20°C. De plant kan niet tegen temperaturen lager dan -5°C. In koudere klimaten is het belangrijk om de plant te beschermen tegen vorst.

Voeding: Geef de plant tijdens het groeiseizoen (voorjaar en zomer) eens per maand vloeibare kamerplantenmeststof. In de winter is geen meststof nodig.

Verpotten: Verpot de plant eens per 2-3 jaar in een pot die iets groter is dan de vorige pot. Kies een pot met drainagegaten. Verpotten is het beste in het voorjaar.

Snoeien: Verwijder dode of bruine bladeren met een scherpe snoeischaar.

Vermeerderen: De Dicksonia antarctica kan vermeerderd worden door sporen.

Luchtzuiverend: Ja, de Dicksonia antarctica is een goede luchtzuiverende plant. De plant helpt om schadelijke stoffen zoals formaldehyde en benzeen uit de lucht te verwijderen.

Giftig: Nee, de Dicksonia antarctica is niet giftig.

Extra informatie:

• De Dicksonia antarctica is een snel groeiende plant.
• De bladeren van de plant zijn groot en veerachtig, en hebben een mooie groene kleur.
• De plant kan tot 6 meter hoog worden.

Tips:

• Geef de plant water in de ochtend of avond, zodat het water de tijd heeft om in de grond te trekken voordat de zon opkomt.
• Gebruik regenwater of gefilterd water om de plant te gieten.
• Mulch de grond rond de plant om de vochtigheid te bewaren.
• Bescherm de plant tegen vorst door hem af te dekken met een doek of jute.

Let op:

• De plant kan last krijgen van schimmels en insecten. Controleer de plant regelmatig op tekenen van ongedierte of ziekte.